Twee kinderboeken die ik las: Flin & Uit elkaar
Weet je nog dat ik vertelde dat ik alle boeken die genomineerd waren voor de Woutertje Pieterse Prijs van dit jaar wilde lezen? Nou, dat gaat aardig. Al gooide corona wat roet in het eten en kon ik niet álles direct lenen bij de bibliotheek. Maar gelukkig waren daar Flin (of de verloren liefde van een eenhoorn) en Uit Elkaar, die wel voor me klaarstonden bij de bieb.
Flin (of de verloren liefde van een eenhoorn) van Henry Lloyd met illustraties van Laurens Rawie
Flin groeit op in het bos, ver van de wereld van de mensen. Hij wordt grootgebracht door twee arenden, en van de tweehoofdige dwerg Mono leert hij overleven in het bos. Als die hem over de mensen vertelt, is Flin opgetogen. Er zijn dus meer wezens zoals hij! Ondanks alle waarschuwingen van de dwerg gaat hij naar hen op zoek. Onderweg ontmoet hij een eenhoorn, die hopeloos verliefd is op een meisje uit een naburig dorp. Ook Flin is meteen van haar onder de indruk, en dat is het begin van een voortdurende rivaliteit. Als het dorp wordt aangevallen door een draak en het meisje wordt ontvoerd, moeten de eenhoorn en Flin wel samenwerken.
‘De diepere lagen en de spot die wordt gedreven met traditionele sprookjes zijn heerlijk, evenals de personages’
Een sprookjesachtig boek over een jongen die wordt opgevoed door arenden, een dwerg met twee hoofden en een eenhoorn. Flin is nogal een verhaal, maar wordt gelukkig nooit too much. Hoewel ik compleet andere verwachtingen had van Flin, vond ik het boek uiteindelijk wel vermakelijk. Er zitten heel veel diepere lagen in (en veel humor) die alleen volwassenen eruit kunnen halen. Dat maakt ook dat ik Flin niet een kinderboek geschreven voor kinderen vond, maar een kinderboek geschreven voor volwassenen. En ik weet niet zo goed wat ik daarvan vind.
Duidelijker plot of lekker kabbelen
Naast dat ik nooit zeker wist voor wie dit boek nu is bedoeld, vond ik ook veel goed aan Flin. De diepere lagen en de spot die wordt gedreven met traditionele sprookjes zijn heerlijk, evenals de personages. Vooral de dwerg met twee hoofden maakt het verhaal en laat Flin – grootgebracht door twee arenden in het bos – zien wat het is om een mens te zijn. Dat blijft ontzettend boeiend. Hoewel het verhaal soms wat kabbelt, leest het lekker door. Aan de ene kant is dat fijn, want geen idee hebben waar een verhaal naartoe gaat kan soms ook prettig zijn. Maar persoonlijk miste ik wel een wat duidelijker plot. Samen met de vage doelgroep van het boek (het lijkt zo geschreven voor volwassenen?), maakt dat Flin geen favoriet van mij werd. Maar een bijzondere leeservaring werd het dus wel.
Cijfer: 7
Sterren: 3/3,5
Uit elkaar van Bette Westera met illustraties van Sylvia Weve
In 2015 won het duo Westera & Weve al de Woutertje Pieterse Prijs voor Doodgewoon. Dit jaar sleepten ze ‘m weer binnen, maar dan voor Uit elkaar. Een prachtig boek vol illustraties en gedichten over de liefde, gescheiden ouders en familie. Ik had verwacht dat het door het thema echtscheiding een heel verdrietig kinderboek zou worden, maar dat bleek allesbehalve waar. Het is ontroerend, maar ook hoopvol, luchtig en grappig. Fijn, want zo wordt het niet te zwaar.
Een van de meest treffende stukjes uit Uit elkaar vond ik deze hieronder. Hiermee kijk je echt door de ogen van een kind met gescheiden ouders. Een kind die alle kleine veranderingen opmerkt en zijn vader mist nu de gezinssituatie is veranderd.
‘Geen Axe meer op het randje van het bad. / Geen papa-macaroni meer op vrijdag. / Zijn regenlaarzen van de keukenmat. / Een lege plek in bed waar vroeger hij lag. / Een kale plank in onze boekenkast. Zijn telefoon niet langer aan de lader. / Zijn naam op de kalender doorgekrast. / Dat is er thuis nog over van mijn vader.’
Cijfer: 8
Sterren: 4
De bibliotheek gaat inmiddels weer open, dus als het goed is dan lees ik binnenkort ook nog Zwerveling en IJzerkop en dan heb ik alle genomineerde boeken gelezen. Hier vind je overigens mijn recensies over de andere genomineerde boeken: Brons van Linda Dielemans en Bizar van Sjoerd Kuyper.